Orgelconcerten

orgelconcerten

De orgelconcerten, een lange traditie

 De orgels in de kerken hebben nooit alléén gediend om de gemeentezang te begeleiden. De bouw van een dergelijk groot instrument duurde jaren, kostte handen vol geld, en de orgelbouwer kwam niet zelden van ver. Al die inspanningen getroostte men zich óók omdat een groot en rijk versierd orgel een kerk en een stad prestige gaf, en omdat de burgerlijke overheid zo’n kostbaar instrument graag wilde laten horen, zien en bewonderen. Op regelmatige tijden (marktdagen bijvoorbeeld) en als er hoog bezoek was, speelde de ‘vaste’ organist erop, en als er een beroemd organist in de buurt was, probeerde men hem tot een concert te verleiden.

Van Reinoldus Popma van Oevering, de eerste organist van het Müller-orgel (1727-1741), is de instructie overgeleverd dat hij in de wintermaanden op zaterdagmiddagen een uur lang het orgel moest bespelen ‘tot plaisir van de liefhebbers der musyck en de ingesetenen van deze stad’. Voorbeelden van vermaarde buitenlandse organisten die in hun reizen het Leeuwarder orgel opnamen, zijn Camille Saint-Saëns in de 19e en Albert Schweitzer in de 20e eeuw.

De in 1931 benoemde organist George Stam nam het initiatief tot een serie orgelconcerten met een toen voor Leeuwarden nieuw concept. Hij presenteerde het orgel als solo-instrument (zijn voorgangers hadden hoofdzakelijk solisten begeleid) en bracht een repertoire ten gehore dat liep van de 17e eeuw tot de toenmalige modernen. Zijn opvolgers Piet Post (vanaf 1949) en Jan Jongepier (vanaf 1981) zetten deze traditie voort.  Zij starten ook met de concerten op Tweede Kerstdag.

Sinds de in 1978 voltooide restauratie van het Müller-orgel is het in de maanden juli en augustus te beluisteren in twee series: de zomerserie met concerten die ongeveer een uur duren (in juli op zaterdagen, aanvang 16.00 uur en in augustus op woensdagen, aanvang 20.00 uur) en de pauzeserie om de twee weken op vrijdagmiddag met concerten die een half uur duren (aanvang 12.30 uur).

Daarnaast vinden, gewoonlijk buiten het zomerseizoen, bijzondere orgelconcerten plaats zoals improvisatieconcerten (Jan Jongepier improviseerde enige malen tijdens tentoonstellingen van hedendaagse beeldende kunst) en concerten met dans en lichtprojecties (Theo Jellema in 2019 bij La Nativité du Seigneur van Olivier Messiaen).

Het Schwartsburg-Van Dam-orgel (1740 / 1854) van de op een paar honderd meter van de Grote Kerk gelegen Waalse Kerk speelt regelmatig een rol in de concertseries.